FAQ EXPECT calculator

Achtergrond informatie voor zorgverleners

Voor wie is de EXPECT calculator bedoeld?

De Expect calculator is bedoeld voor zorgverleners binnen de verloskundige gezondheidszorg. Dit hulpmiddel kan gebruikt worden bij de counseling van de zwangere vrouw en voor het opstellen van een persoonlijk zorgplan. Daarmee is de Expect calculator bedoeld voor het eerste trimester van de zwangerschap voor de algemene populatie.

Waar dient de zorgverlener alert op te zijn?

Patiënt kenmerken die niet ingevuld kunnen worden, worden niet meegenomen (voorbeeld 1). De conclusie wordt geformuleerd op basis van ingevulde kenmerken. De Expect calculator is een hulpmiddel, het vervangt niet de expertise, ervaring of kennis van de zorgverlener.

Een risico profiel waarbij geen aanvullende adviezen wordt besproken is geen garantie voor een probleemloze zwangerschap (voorbeeld 2). Gedurende de zwangerschap dient bij differentiaal diagnostische overwegingen niet teruggevallen te worden op het voorspelde risico van het eerste trimester.

Voorbeeld 1:

Mevrouw Jansen geeft aan dat haar biologische zus pre-eclampsie heeft gehad. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat mevrouw Jansen hiermee een verhoogd risico heeft op het krijgen van pre-eclampsie. Dit kenmerk kan niet ingevuld worden en wordt daarmee niet meegenomen in de berekening. Hierdoor zal het berekende risico een onderschatting zijn.

Voorbeeld 2:

Op basis van het risicoprofiel van mevrouw de Vries was er geen aanleiding om aanvullende adviezen te bespreken, haar risico op een diabetes gravidarum bedroeg 2,0%. Later in de zwangerschap ontstaan er aanwijzingen voor een diabetes gravidarum. Het eerder voorspelde lage risico vormt nu geen argument om deze overweging in twijfel te trekken.

Hoe wordt het risico berekend?

Met de Expect studie fase 1 zijn reedsbestaande predictiemodellen gevalideerd. Voor pre-eclampsie en diabetes gravidarum zijn de beste modellen geselecteerd. De artikelen die dit onderzoek beschrijven worden momenteel gepubliceerd.

Voor de overige risico’s (vroeggeboorte, macrosomie, en foetale groeibeperking) zijn na validatie geen klinisch bruikbare modellen overgebleven. Hier wordt gebruik gemaakt van de risicofactoren zoals beschreven in het zorgpaden document van het Limburgs verloskundig consortium (LOQS) om het risico te beoordelen als ‘hoog’ of ‘laag’.

Waarom wordt er soms geen risico berekend?

Voor de risico’s op vroeggeboorte, macrosomie en foetale groeibeperking zijn vooralsnog geen bruikbare predictiemodellen voor handen. Op basis van de factoren zoals beschreven in het LOQS zorgpaden document wordt het risico ingedeeld in ‘hoog’ of ‘laag’.

Enkele bekende risicofactoren die u kunt invullen worden niet door het predictie instrument meegenomen in de berekening van het risico. Wanneer een dergelijke risicofactor geselecteerd wordt, zal geen risico worden berekend. Het te bespreken advies is conform het LOQS zorgpaden document op basis van deze risicofactor. Dit is bijvoorbeeld het geval voor ‘nierziekte’ bij de beoordeling van het risico op pre-eclampsie.

Waarom worden er niet meer kenmerken gebruikt in de berekening van het risico?

Het risico wordt berekend middels gevalideerde predictiemodellen. Wanneer een model wordt aangepast, bijvoorbeeld door factoren toe te voegen, dient een model eerst opnieuw extern gevalideerd te worden. Recente risicofactoren zijn daarom mogelijk niet opgenomen in het model.

Een andere reden is dat sommige factoren te zeldzaam zijn voor een model, ondanks dat het een sterke risicofactor is. Ook in grote studies zullen deze risicofactoren in het ontwikkel proces niet geselecteerd worden, omdat ze te weinig invloed hebben op het totale resultaat van het model.

Ten slotte levert het toevoegen van belangrijke, maar zeldzame risicofactoren een praktisch bezwaar op. De lijst met kenmerken die telkens ingevuld moet worden groeit aanzienlijk, terwijl het voor de meerderheid geen bijdrage levert aan het geschatte risico.

Welke grenswaarden (afkappunten) worden gehanteerd?

De grenswaarden zijn bepaald in overleg en in samenwerking met de leden van het LOQS en haar achterban. Daar is het volgende uit voortgekomen:

Pre-eclampsie

0 - 3,0% “Bespreek basis zorgpad”

3,0 - 5,1% “Bespreek aspirine profylaxe, geen extra controles.”

≥ 5,2% “Bespreek aanvullende controles en aspirine profylaxe conform zorgpad hypertensie”

Diabetes gravidarum

0 - 3,4% “Bespreek basis zorgpad”

≥ 3,5% “Bespreek aanvullende controles conform zorgpad DGM”

Hoe kan het dat er soms een ander advies gegeven wordt bij hetzelfde risico?

De weergegeven risico’s worden afgerond op één decimaal. In geval van pre-eclampsie is 3,0% een van de grenswaarden. Een risico van 2,95-3,04% wordt afgerond weergegeven als 3,0%. Het programma kijkt strikt of het risico kleiner is dan 3,0% en zal daarmee een ander advies geven voor 2,95-2,99% dan voor 3,00-3,04%.

Sluit de enquête